Roken verhoogt de kans op het krijgen van diabetes. En als je diabetes hebt, loop je meer risico om complicaties te krijgen als je rookt.
Om het suikergehalte in het bloed op peil te houden, maakt het lichaam insuline aan. Als je rookt reageert je lichaam niet meer goed op de insuline en stijgt de hoeveelheid suiker in het bloed. Roken doet de gevoeligheid voor insuline afnemen.
Als roker ontwikkel je meer vet rond je organen in de buikholte. Precies dit viscerale vet is een van de boosdoeners bij diabetes. De angst om zwaarder te worden is vaak een barrière bij rookstop. Diabetes is evenwel niet enkel te linken aan zwaarlijvigheid. Diabetes komt ook voor bij personen met een normaal gewicht. Iemand met een strakke buik kan ongezond orgaanvet verbergen. Uit recent onderzoek (Addiction: estimating causality between smoking and abdominal obesity by Mendelian randomization) blijkt dat langdurig roken de hoeveelheid buikvet vergroot, ook al merk je daar uiterlijk niets van. Bepaalde stoffen in sigarettenrook, waaronder nicotine, hebben een impact op het sympatisch zenuwstelsel. Ze vertragen de vetverbranding, wat leidt tot de opstapeling van visceraal vet. Daarnaast is roken gekoppeld aan een verhoging van stresshormonen die kunnen leiden tot een verandering van het vetmetabolisme en een ophoping van visceraal vet. Beperkt onderzoek (The effects of smoking cessation on visceral adiposity index levels) bij mensen die stoppen met roken toont dan weer een afname van visceraal vet.
Met diabetes heb je meer kans op hart- en vaatziekten. Hoge bloedglucosewaarden, hoge bloeddruk en een hoog cholesterolgehalte zorgen voor een snellere verkalking van de bloedvaten. De bloedvaten worden stugger en stijver. In het bloed kleven vetten sneller aan de bloedvatwand waardoor deze dicht slibt. De organen krijgen minder bloed en zuurstof. Ook de nicotine in de sigaret beschadigt de bloedvaten en zorgt ervoor dat ze voortdurend licht ontstoken zijn. Van alle risicofactoren op hart- en vaatziekten weegt roken het meest door en maakt van 1 + 1 = 3.
Nicotine breekt insuline af. Mensen die roken en diabetes hebben, moeten meer insuline spuiten.
Met diabetes heb je meer kans op ‘diabetesvoet’, een specifieke complicatie aan aders en zenuwen. Roken verhoogt de kans op schade aan zenuwen en bloedvaten.
Met diabetes heb je meer kans op schade aan nieren en aandoeningen van het netvlies van het oog. Roken maakt deze kans op schade aan de nieren en aandoeningen van het netvlies nog groter.
Benieuwd naar jouw risico op diabetes?
Maak de berekening aan de hand van bijgevoegde FINDRISC.
Beantwoord onderstaande 8 vragen en tel de overeenkomstige punten op.

Om je BMI te berekenen kan je je gewicht (uitgedrukt in kilogram) delen door het kwadraat van je lichaamslengte (uitgedrukt in meter) of je gebruikt bijgevoegde tabel om je BMI af te leiden.
Je buikomtrek meet je op het punt waar je ribben het bekken raken. Doe de meting op de blote huid en na een normale uitademing.

Plaats je score op de kleurenbalk en kijk wat jouw risico op type 2 diabetes is.
0-6 punten: weinig risico op type 2 diabetes
Eet gezond, beweeg dagelijks 30 minuten en houd je BMI < 25
7-11 punten: licht verhoogd risico op type 2 diabetes
Eet gezond, beweeg dagelijks 30 minuten en vermijd lang stilzitten, vermager 5% indien je BMI > of gelijk aan 25 is
12 of meer punten: sterk verhoogd risico op type 2 diabetes
Ga naar je huisarts voor een nuchtere bloedafname en bespreek ook andere risicofactoren zoals roken, overgewicht en bloeddruk
